Over het rioleringsproject en de waterproblematiek

Waar worden er werken uitgevoerd en wat gaat er daar gebeuren?

De wegenis- en rioleringswerken worden uitgevoerd langs de Oplintersesteenweg, de Neerlintersesteenweg, het Sint-Genovevaplein, de Lindebaan, de Sint-Hubertusstraat, de Kummenbaan en de Herestraat. Met deze werken investeert de stad niet alleen in de ondergrond en een beter rioleringsstelsel, maar wordt ook de dorpskern van Oplinter fraaier, veiliger en aangenamer gemaakt voor iedereen. Het afvalwater van het centrum van Oplinter wordt aangesloten op de bestaande rioolwaterzuiveringsinstallatie (RWZI) van Oplinter in het Kummenveld. Het regenwater wordt gescheiden afgevoerd naar de Genovevabeek en de Mattebeek. Hiervoor wordt een nieuwe riolering met een verhoogde capaciteit aangelegd.

Het Sint-Genovevaplein, de omgeving van de kerk en de omgeving van zaal Sinterviven worden heraangelegd. Ook de weginfrastructuur in de Herestraat, de Oplintersesteenweg (vanaf het centrum tot aan de autogarages en het tankstation), de Lindebaan, de Sint-Hubertusstraat (vanaf het Dorpsplein tot de Dalweg), de Kummenbaan (tussen de woningen met huisnummers 6 en 48) en de Neerlintersesteenweg (tussen het dorpsplein en de Kosbeekweg) wordt vernieuwd.

In de vermelde straten wordt een gescheiden rioleringsstelsel aangelegd. Hierbij worden afvalwater en regenwater apart afgevoerd. De algemene timing en fasering van de werken volgt later.

Wat wordt er in dit project gedaan om de waterproblematiek in de Beekstraat te verhelpen?

De nieuwe riolering in dit project is ontworpen op basis van de meest recente klimaatgegevens en gaat uit van beperkte overstortfrequenties. Een overstort is een constructie waarlangs bij overvloedige regen het overtollige water uit een gemengd rioleringsstelsel kan weglopen in een waterloop.

Het rioleringswater in de Oplintersesteenweg komende vanaf de Wijngaardenstraat (garage Buttiens), zal gescheiden worden afgevoerd richting Oplinter centrum. Het vuilwater loopt dan de Herestraat in naar een pompstation dat in dit project gebouwd wordt ter hoogte van de Mattebeek. Van hieruit zal het afvalwater verpompt worden richting het kruispunt Oplintersesteenweg-Ganzendries, om vanaf daar af te lopen naar het zuiveringsstation in het Kummenveld.

Het regenwater in de Oplintersesteenweg komende vanaf de Wijngaardenstraat, zal niet de Herestraat inlopen maar aflopen richting de Neerlintersesteenweg. Daar zal het in de Genovevabeek stromen. Al dit water – zowel het rioleringswater als het regenwater – moet in de huidige toestand via de Mattebeek en de Genovevabeek langs de Dalweg en de Beekstraat aflopen. Na de uitvoering van het project gaat het water komende van de Oplintersesteenweg, tussen Herestraat en Wijngaardenstraat dit traject niet meer volgen. Dit moet tot een ontlasting van deze grachten leiden.

Wat is de stand van zaken voor de realisatie van een bufferbekken op de Genovevabeek? Wie doet wat?

De waterbeheerder van de Genovevabeek is de Watering De Grote Gete. Zij zijn m.a.w. het eerste aanspreekpunt en het is hun taak om ervoor te zorgen dat de werken die nodig zijn voor het waterbeheer van de Genovevabeek worden opgenomen, opgevolgd en uitgevoerd door de verschillende bevoegde partijen.

Momenteel stellen de partijen die wel bevoegd zijn alles in het werk om daarvoor voldoende middelen te vergaren en hun samenwerking te stroomlijnen.

In 2020 is er door de Watering De Grote Gete een princiepsaanvraag ingediend bij de Vlaamse Milieumaatschappij (VMM) voor de aanleg van het gecontroleerd overstromingsgebied (bufferbekken) op de Genovevabeek in het kader van het subsidiebesluit voor Polders en Wateringen. De VMM heeft het dossier toen op de reservelijst geplaatst.

De Watering De Grote Gete plant om volgend jaar een nieuwe princiepsaanvraag in te dienen, waarbij de kans op subsidie groter is naarmate de details beter gekend zijn.

Een samenwerkingsovereenkomst tussen de verschillende bevoegde partijen (Aquafin, Fluvius, Watering De Grote Gete en de provincie Vlaams-Brabant), waarbij de verbintenissen omtrent de projectfinanciering en de overheidsopdrachten worden vastgelegd, is in opmaak. Dit zit in de laatste fase.

In een volgende stap zal de Watering De Grote Gete met ondersteuning van de provincie Vlaams-Brabant een bestek lanceren voor het ontwerp en de aanleg van het gecontroleerd overstromingsgebied. We overleggen hierover met de provincie en de watering om dit dossier te bespoedigen.

Naast de financiële middelen is er ook ruimte nodig om een bufferbekken te realiseren, op terreinen die momenteel in privébezit zijn. Ook de grondverwerving is een kostelijk en tijdrovend proces.

Wie doet wat

De beheerder en de verantwoordelijke voor de waterloop is de Watering De Grote Gete, in nauwe samenwerking met de provincie Vlaams-Brabant.

De vijzel (of ‘de pompen’) dient om de riolering komende uit de Beekstraat, die dieper aangelegd is dan de bedding van de beek, over te pompen naar de beek .Het onderhoud en het beheer ervan ligt bij FIuvius. Dat is de rioolbeheerder voor de stad Tienen.

De stad Tienen is al lang vragende partij om het gecontroleerd overstromingsgebied (bufferbekken) te realiseren en stuurt hier ook op aan in haar samenwerking met de Watering De Grote Gete en de provincie Vlaams-Brabant. Het zijn zij die de uitvoering zullen moeten opnemen.

Wie staat er op dit ogenblik in voor het onderhoud van de Genovevabeek en de pompen?

Het onderhoud van de beek is ten laste van de Watering De Grote Gete. De vijzel (of ‘de pompen’) dient om de riolering komende uit de Beekstraat, die dieper aangelegd is dan de bedding van de beek, over te pompen naar de beek. Het onderhoud en het beheer ervan ligt bij FIuvius. De bestaande vijzel heeft na het uitvoeren van de rioleringswerken geen enkele functie meer en zal in de toekomst dan ook verdwijnen.

Worden er, naast de aanleg van een gescheiden riolering in Oplinter centrum, nog andere maatregelen genomen om wateroverlast te voorkomen?

Momenteel zijn er ook rioleringswerken in Sint-Margriete-Houtem in ontwerp. Hier worden de mogelijkheden naar buffering van de waterloop en de infiltratie via wachtbekkens onderzocht. In samenwerking met de provincie probeert de stad Tienen erosiemaatregelen uit te werken ter hoogte van akkers aan de Windmolenberg. Bij hevige regenval stroomt hier veel modder op de rijweg en zorgt voor vuil en aanslibbing in de riolering. De landbouwers van de getroffen percelen moeten hierin betrokken worden. Bij elke aanvraag van een omgevingsvergunning op het grondgebied, wordt nagegaan of de regelgeving m.b.t. het hergebruik van hemelwater, de buffering ervan, de vertraagde afloop, de maximale verharding van een terrein e.d. wordt gerespecteerd. Dit is van het grootste belang om de waterproblematiek niet verder te laten toenemen.

Komt de nieuwe riolering dieper te liggen dan de huidige? Welke diepte wordt waar voorzien? Het is belangrijk dat mensen weten of ze bij de aanleg van hun nieuwe afvoer pompsystemen moeten voorzien.

De nieuwe riolering wordt standaard niet ondieper aangelegd dan de oude riolering. Maar: een kelderaansluiting kan je niet zomaar aansluiten op de nieuwe riolering. Controleer daarom of je in de kelder een aansluiting op de riolering hebt, die meer dan 50 cm onder het straatniveau zit. Is dit het geval, dan heb je kans op wateroverlast.

Hoe kan je wateroverlast voorkomen? 

Wat met schade aan de huizen door de werken? Is er een stabiliteitsstudie gemaakt/te maken voor oude huizen (bewoonde huizen) die kort tegen de straat gelegen zijn?

Tijdens het ontwerp werd een stabiliteitsstudie opgemaakt. Daarin werd onder meer het effect berekend van het “ontspannen” van de grond bij het graven van de sleuf. Ook de mogelijke invloed van de grondwaterverlaging op de huizen en constructies die kort bij een te graven sleuf liggen, werd berekend. 

Op basis van de resultaten werd beslist op meerdere plaatsen waterwerende of betonwanden te voorzien. We zetten dus sterk in op beschermende maatregelen die schade zoveel als mogelijk moeten voorkomen.

Wat doe je als je van mening dat je schade hebt geleden door werken?

  • Meld het schadegeval schriftelijk of per mail aan
  • Voeg in bijlage een gedetailleerd en becijferd herstelbestek toe.
  • Aquafin geeft het schadegeval aan bij zijn ABR (Alle Bouwplaatsrisico's)-verzekeraar en/of makelaar. 
  • De verzekeraar van Aquafin stelt vervolgens een expert aan. 
  • Deze expert zal tijdens een tegensprekelijke expertise vaststellen:
    • of er schade is 
    • hoe groot de schade is 
    • of er een oorzakelijk verband bestaat met de werken die in opdracht van Aquafin werden uitgevoerd.

TIP – Laat je bijstaan door een expert van je eigen verzekering.

Over de afkoppelingen

Ik moet afval- en regenwater scheiden op mijn privédomein. Hoe pak ik dit aan?

Als in de straat een gescheiden rioleringsstelsel wordt aangelegd, dan ben je als eigenaar verplicht om het afval- en het regenwater van jouw perceel apart aan te bieden. Deze scheiding van afval- en regenwater op privédomein noemen we afkoppelen.

Is dit voor jouw perceel het geval? Dan bood Fluvius je de mogelijkheid om gratis een beroep doen op een afkoppelingsadviseur.

Heb je nog vragen of bemerkingen over het afkoppelen van je woning? Neem contact met de dienst Afkoppelingen Centrum van Fluvius:

Wie betaalt de afkoppelingswerken?

De kosten voor de afkoppelingswerken zijn voor rekening van de eigenaar. De afkoppelingswerken kan je zelf uitvoeren of je kan een aannemer onder de arm nemen. Als jouw laatste bouwvergunning van voor 2005 is, dan voorziet Fluvius een forfaitaire premie van 500 euro. Om de premie aan te vragen, heb je een conform keuringsattest nodig. De premie aanvragen kan online, op de website van Fluvius, of een klantenkantoor van Fluvius.

Hoe kan ik de afkoppelingswerken laten keuren?

De afkoppelingswerken laat je keuren door een erkend keurder. Die vind je op de websites 

OPGELET - Percelen met bouwjaar tussen 2005-2011 of na 2011 met een conform keuringsattest dat ouder is dan 5 jaar krijgen 1 gratis keuring op kosten van Fluvius. Fluvius informeert je hier later nog verder over per brief.

Waarom moet niet iedereen afkoppelen in Oplinter?

Als er in de straat een gescheiden rioleringsstelsel (gescheiden afvoer van regen- en afvalwater) wordt aangelegd, dan zijn de eigenaars wettelijk verplicht om afval- en regenwater gescheiden aan te bieden.

Het is niet mogelijk om in alle straten tegelijk een gescheiden rioleringsstelsel aan te leggen. Daarom gebeurt dit eerst op de hoofdassen en daarna geleidelijk in de zijstraten. Op termijn is het de bedoeling dat alle straten zijn aangesloten op een gescheiden stelsel.

Voor nieuwbouwwoningen is het verplicht gescheiden afvoeren te voorzien, ook al ligt er in de straat een gemengd rioleringsstelsel. Dit wordt opgelegd in de bouwvergunning.

Wat als eigenaars niet de financiële middelen hebben om de werken al dan niet tijdig te laten uitvoeren?

Als in de straat een gescheiden stelsel wordt aangelegd, dan is elke eigenaar wettelijk verplicht om af te koppelen.

We begrijpen dat de afkoppelingswerken op privé voor veel mensen financieel moeilijk ligt. Daarom voorziet Fluvius een premie van 500 euro of een gratis keuring (afhankelijk van het bouwjaar van de woning). We zijn ons bewust dat dit voor sommige percelen maar een klein deel is van hun kostenplaatje. 

Fluvius biedt de klanten wel de mogelijkheid om het afkoppelingsdossier opnieuw te bekijken. Het onderzoekt of andere, goedkopere, opties beschikbaar zijn. Maar het is niet altijd mogelijk om een goedkopere optie te vinden.

Tot slot staat Fluvius altijd open voor een gesprek. Als klanten Fluvius informeren, dan legt het enige soepelheid aan de dag bij de verwerking van het afkoppelingsdossier.

Vragen? Afkoppelingen.centrum@fluvius.be 

Over de bereikbaarheid en de uitvoering van de werken

Gaat mijn woning of handelszaak bereikbaar blijven?

Bij de uitvoering van de werken moeten alle private percelen ten allen tijde toegankelijk blijven. Dat betekent dat ze steeds op een veilige manier te voet betreden kunnen worden.

Bij de aanleg van de riolering, de wegen en de voetpaden is het onvermijdelijk dat er voor jouw deur of inrit gewerkt moet worden en dat je daardoor op dat moment niet met de wagen jouw perceel kan op- of afrijden. We doen er alles aan om die hinder te beperken tot enkele dagen maar op sommige plaatsen en afhankelijk van de weersomstandigheden kan dat uitzonderlijk enkele weken worden. Iedereen wordt hierover ruim op voorhand geïnformeerd. De aannemer krijgt sowieso de opdracht om de sleuf waarin de rioolbuizen worden gelegd, meteen na de aanleg op te vullen en af te dekken met een laag steenslag. Zo blijft je woning langs één kant bereikbaar.

Waarom is het terrein voor grondverbetering voorzien in de Huiskensstraat? Welke hinder mag ik verwachten?

Het terrein voor grondverbetering wordt voorzien in de aanvraag van de omgevingsvergunning, om het ter beschikking te stellen van de aannemer. Het staat de aannemer vrij om dit terrein te gebruiken of niet.

De opdrachtgevers van het project (Aquafin, Tienen en Fluvius) voorzien in een terrein voor grondverbetering. Anders moet de aannemer zelf op zoek gaan naar een geschikt terrein en daar een vergunning voor aanvragen, wat voor heel wat tijdverlies kan zorgen.

De locatie van het terrein werd op basis van enkele criteria vastgelegd, namelijk bv.

  • de afstand tot de actieve werfzone
  • de afstand tot bewoning om lawaai- en stofhinder zoveel mogelijk te beperken.

Het is inderdaad zo dat het terrein voor grondverbetering extra verkeer (werftransport) genereert.

De aannemer kan ervoor kiezen alle of een gedeelte van de uitgegraven grond op dit terrein op te slaan, te mengen of stabiliseren met bv. kalk. Het is de aannemer niet toegestaan om op het terrein materialen te breken of vermalen.

Een werf zorgt altijd voor extra vrachtverkeer. Zonder deze transporten is er geen werf. Het doel van dit terrein is het totaal aantal vrachten en aantal af te leggen kilometers door het werfverkeer te verminderen.

Uiteraard moet de aannemer de wegcode respecteren, rekening houden met het andere verkeer en de bewoners en de hinder zoveel mogelijk beperken. Zo moet hij de omliggende wegen regelmatig borstelen om stof en slijk te verwijderen. Stof wordt zoveel mogelijk voorkomen door, wanneer het nodig is, de gronden te besproeien.

Aan het terrein van grondverbetering is geen droogzuiging voorzien.

Wat met de bereikbaarheid van het deel van de Kummenbaan waar niet wordt gewerkt?

We zijn er ons van bewust dat het deel Kummenbaan waar niet wordt gewerkt, hinder zal ondervinden door de werken in Kummenbaan en de omliggende straten van Oplinter. Hierbij geven we een kort overzicht van het verloop van de geplande werken en de maatregelen die de aannemer moet nemen om de hinder te beperken en de toegankelijkheid maximaal te behouden: 

  • De voorziene werken in Oplinter worden in verschillende fases uitgevoerd om de hinder te beperken en om de toegankelijkheid maximaal te garanderen.
  • Tijdens de eventuele werken aan de nutsleidingen blijft de hinder beperkt, ook wanneer de droogzuiging is geplaatst.
  • Plaatselijk wordt in Oplinter een uitgebreid archeologisch onderzoek uitgevoerd (t.h.v. Genovevaplein, de zone rond pastorij en kerk,…). Hierdoor zijn deze zones tijdelijk niet of moeilijk toegankelijk. 
  • Van zodra het wegdek wordt opgebroken en wanneer dit over een lange afstand gebeurt, blijft de bestaande fundering behouden of brengt de aannemer een laag “minder hinder” steenslag aan. Zo blijven de woningen zo lang mogelijk bereikbaar met de wagen.
  • De aannemer graaft over een korte afstand een diepe sleuf, waarin de riolering wordt aangelegd. Van zodra de riolering is aangelegd wordt deze sleuf gedempt en plaatst de aannemer een nieuwe laag steenslag. Op die manier schuift de rioleringstrein langzaam op. 
  • Als de rioleringswerken binnen een fase afgerond zijn, dan wordt de wegenis hersteld en dit van de fundering tot en met de eerste laag asfalt. Vaak worden de boordstenen en straatkolken ter plaatse gestort in beton, waardoor die gedurende enkele dagen niet overrijdbaar zijn. De toplaag asfalt zal over verschillende fasen tegelijk worden aangebracht, zodat het wegdek egaal is over grotere oppervlakte.

Om de toegankelijkheid van Oplinter te garanderen, werd een fasering opgesteld. De aannemer stemt zijn planning en timing hierop af. Deze planning legt de aannemer samen met de signalisatie-omleidingsvergunning ter goedkeuring voor aan de opdrachtgever en politie.

Door de omvang van de werken zal de communicatie met de burgers, handelaars, brandweer, politie en andere diensten van groot belang zijn. Daarom houden we voor de start van de werken een infovergadering. Je krijgt dan alle info over de planning en de timing.

Voor de aannemer in een fase begint te werken, verwittigt hij de inwoners per brief.

Daarnaast voorziet het opdrachtgevende bestuur onder meer in volgende diensten:

  • Communicatieverantwoordelijke
  • Website
  • Aanspreekpunt aannemer “werfleider” 

Momenteel loopt de vergunningsaanvraag. Aansluitend start de aanbestedingsprocedure. Van zodra de aannemer is gekend, wordt de start van de werken bepaald en houden we de infovergadering. Dan kunnen we de planning, de fasering, de toegankelijkheid e.d. meer gedetailleerd toelichten.

Worden er tijdens de werken ergens parkings voorzien voor mensen die met hun voertuig niet meer in/op hun straat/oprit kunnen?

Parkeren kan op de parking van Sinterviven en op het kerkplein (tot wanneer op het kerkplein het archeologisch onderzoek begint). Ook zal de aannemer speciale zones aanduiden en de bewoners hierover informeren.

Wat met hulpbehoevende mensen die dagelijks thuis verzorgd moeten worden of niet-ambulant periodiek naar het ziekenhuis moeten? Is er een coördinatie met de hulpdiensten m.b.t .tot slecht bereikbare huizen in geval van nood?

Bewoners die minder mobiel zijn, dagelijkse verzorging nodig hebben, periodiek naar het ziekenhuis moeten, … kunnen dit melden aan de aannemer (werken-oplinter@deckx-ao.be) of telefonisch aan het Contactcenter van Aquafin (03 450 45 45). 

De aannemer maakt dan persoonlijke afspraken met de bewoner in kwestie.

De hulpdiensten worden op de hoogte gehouden van de werken en de gevolgen hiervan op de aanrijroutes.

Als er overdag in de werkzone een noodgeval is, dan verleent de aannemer alle medewerking aan de hulpdiensten (tot en met stilleggen van de werf).

Over de wegenis en het verkeer

Waarom worden er niet meer parkeerplaatsen ingericht op het openbaar domein?

Aquafin doet grote investeringen in dit rioleringsproject en de stad Tienen wil van dat moment gebruikmaken om ook de weginfrastructuur een grondige facelift te geven. Daarbij staat de veiligheid van de zwakke weggebruikers voorop, naast een mooie inrichting van het centrum die het historische driehoekige dorpshart, de Sint-Genovevakerk en de pastorijtuin in de verf zet.

Het totaal aantal wettelijke parkeerplaatsen in het projectgebied vermindert niet, maar het klopt dat er vandaag ook veel onwettig geparkeerd wordt (o.a. ter hoogte van het Genovevaplein). Het aantal parkeerplaatsen vermindert ten voordele van de fietser, de voetganger en het pleintje.

Dat betekent niet per definitie dat er minder vrije parkeerplaatsen zullen zijn.

Om de parkeerdruk ten gevolge van de school te beperken, wordt fors ingezet op veilige fietspaden en alternatieve voetpaden. Een gedeelte van het terrein 'Het Landhuys' wordt afgestaan aan de stad Tienen om vanop het pleintje een voet- en fietspad naar de speelweide van de school aan te leggen. Daardoor kunnen ouders het pleintje gebruiken als een kiss-and-ride, zonder dat ze daar echt moeten parkeren.

Een ander instrument dat ingezet zal worden, is het beperken van de parkeerduur. Daarmee worden bewoners aangemoedigd om hun wagen op hun eigen terrein te parkeren en blijven er meer parkeerplaatsen beschikbaar voor de handelszaken.

Er zullen ook kortparkeerplaatsen ingericht worden, waar je maximaal een half uurtje kan parkeren voor een boodschap.

Is beton wel de juiste materiaalkeuze voor de nieuwe weg? Gaat dat niet veel lawaai maken, zoals de huidige betonweg?

Voor de Oplinterse- en de Neerlintersesteenweg is er gekozen voor een aanleg in beton. Rekening houdend met de grote verkeersintensiteit, het aantal zware transporten, het landbouwverkeer en het busverkeer is dit veel duurzamer dan een aanleg in asfalt.

De oude betonbanen in Tienen zijn veelal aangelegd op de uitgegraven bodem, zonder of met een zeer beperkte fundering. In de loop der jaren treden er onderlinge zettingen op tussen de betonplaten met opkanten tussen opeenvolgende platen, of gescheurde platen. Dat alles met trillingen of lawaaihinder tot gevolg voor de omgeving.

De nieuwe betonverharding in Oplinter zal aangelegd worden op een funderingspakket van ongeveer 50 cm dik en de voegen worden voorzien van deuvels. Dat zijn wapeningsstaven (dia 25 mm van 60 cm lengte) die de platen onderling verbinden. Ook in de langsvoegen worden wapeningsstaven gestoken. Beide maatregelen zorgen ervoor dat de platen zich onderling niet gaan zetten, wat het rijcomfort en de lawaaihinder van de betonverharding zeker ten goede komt.

De betonverharding op het dorpsplein zal uitgewassen beton zijn. Bij beperkte snelheden is de geluidshinder bij dit type afwerking eerder beperkt. Buiten het dorpsplein wordt de betonverharding geborsteld. Deze afwerkingsmethode leidt tot minder lawaai bij passerend verkeer, dan bij de traditionele oude platen.

Zijn de verkeersplateaus niet te hoog en is er daardoor dan geen risico op geluidsoverlast, trillingen en scheuren?

Bij de aanleg van verkeersplateaus op de openbare weg dient het ‘Koninklijk Besluit tot bepaling van de vereisten voor de aanleg van verhoogde inrichtingen op de openbare weg’ te worden gevolgd. In dit KB worden de vormen en afmetingen van de verkeersplateaus bepaald, rekening houdend met het gebruik van de weg. In dit project worden de vormen en afmetingen gebruikt die conform dit KB dienen toegepast te worden op wegen gebruikt door autobussen, gelede bussen en/of talrijke zware voertuigen. Hierdoor zijn de helling van het oprijvlak, en dus ook de geluidsoverlast en de trillingen, beperkt.

Hoe snel mag er na de heraanleg gereden worden op deze wegen?

Op de Oplintersesteenweg geldt een snelheidsbeperking van 50 km/u, tussen het centrum van Oplinter en het nieuwe poorteffect voorafgaand aan het kruispunt met de Wijngaardestraat (komende uit de richting van Tienen).

Tussen de bebouwde kom van Tienen en het kruispunt met de Wijngaardestraat, blijft de snelheidsbeperking van 70 km/u voorlopig behouden. Bij een toekomstige heraanleg van de Oplintersesteenweg tussen de Wijngaardestraat en het centrum van Tienen, kan deze aangepast worden naar 50 km/u.

De kern van Oplinter is een schoolomgeving. Daarom geldt hier een variabele zone van 30 km/u. Het voorstel is om hier een permanente zone 30 in te voeren. Dit voorstel - samen met de precieze afbakening ervan - zal nog verder uitgewerkt worden en het college van burgemeester en schepenen van Tienen moet hierover nog een beslissing nemen.

Hoe wordt er voorkomen dat er te snel wordt gereden op de Oplintersesteenweg?

Het afdwingen van de voorgestelde snelheidsregimes gebeurt deels in het infrastructuurontwerp door o.a. een smallere rijbaan op het heraangelegde deel van de Oplintersesteenweg, het poorteffect voorafgaand aan het kruispunt met de Wijngaardestraat, de wegversmalling ter hoogte van de Windmolenberg, de asverschuiving ter hoogte van de Huiskensstraat en de verhoogde kruispunten ter hoogte van de Herestraat en de Ganzendries.

Verdere handhaving kan gebeuren aan de hand van de bestaande flitspalen. Er kan ook onderzocht worden of trajectcontrole mogelijk is.

Hoe wordt er voorkomen dat er te snel gereden wordt in de Sint-Hubertusstraat?

Bij het binnenkomen van de kern van Oplinter wordt de snelheid van de voertuigen afgeremd met een asverschuiving in de onmiddellijke omgeving van het kruispunt Dalweg/Beekstraat.

De afbakening van het project stopt ter hoogte van het kruispunt met de Dalweg en de Beekstraat.

Hoe wordt de verkeersveiligheid op de Ganzendries verbeterd?

Ter beveiliging van de oversteek Kummenbaan/Lindebaan, wordt de aanleg van een verkeersplateau voorzien. De heraanleg van de Ganzendries maakt verder geen deel uit van dit project. Hiervoor moet er nog een project worden opgestart.

Komt er op het nieuwe plein een bushalte met schuilhuisje?

Ja. Op de plannen die werden voorgelegd aan de bevolking, werd het schuilhuisje op het Sint-Genovevaplein nog niet ingetekend. Op de plannen die zullen ingediend worden voor het bekomen van de omgevingsvergunning en die momenteel in opmaak zijn, werd het schuilhuisje t.h.v. de bushalte op het plein wel toegevoegd.

Over de hinderpremie voor handelaars

Kunnen handelaars/verenigingen genieten van een tegemoetkoming inzake verlies van inkomen/omzet?

Zelfstandigen en kleine ondernemingen met maximum 9 werknemers die ernstige hinder ondervinden van wegenwerken voor de deur, kunnen genieten van een hinderpremie van 2.000 euro. Wie in aanmerking komt, krijgt een brief van het Agentschap Innoveren & Ondernemen (VLAIO).

De hinderpremie biedt wat financiële ademruimte aan kleine ondernemingen om vindingrijk te werk te gaan bij werken voor de deur. De nieuwe hinderpremie vervangt de maatregel Rentetoelage voor kmo's met hinder door openbare werken en Inkomenscompensatievergoeding van zelfstandigen voor werken die gestart zijn na 1 juli 2017.

Wie genoodzaakt is om zijn zaak minstens 21 opeenvolgende kalenderdagen te sluiten ingevolge de hinder, kan eventueel ook genieten van de sluitingspremie van 80 euro per sluitingsdag. 

Meer weten? Ga naar de website van VLAIO.